Een huis als landingsbaan
Binnen is het stil. Geen brullende motoren, geen omroepstemmen, geen gegier van wielen op het asfalt. Toch voelt het alsof je een vliegtuig instapt. Vliegtuigstoelen langs de muur, oude trolleys, tientallen modelvliegtuigen keurig op planken uitgestald, posters, petten, mokken, zelfs de veiligheidskaarten ontbreken niet. In iedere hoek ademt het huis luchtvaart, maar vooral KLM.
‘Het is uit de hand gelopen’, zegt Rien met een grijns terwijl hij me voorgaat door zijn woonkamer, die eerder voelt als een privémuseum. ‘Maar ik heb geen vrouw, dus ik kan lekker doen wat ik wil.’
Hoog in de lucht begonnen
De liefde voor vliegtuigen begon op zijn werk. Niet als piloot of steward, maar als steigerbouwer. ‘Ik werd ingehuurd door KLM om platformstellingen te bouwen rond vliegtuigen’, vertelt Rien. Bij schade, spuitwerk, dat soort dingen. Dat deed ik 25 jaar lang, samen met mijn tweelingbroer. Hij is overleden, maar toen deden we alles samen.’
Het waren die jaren waarin zijn fascinatie groeide. ‘Ik liep onder die vliegtuigen door, klom erop, bekeek ze van alle kanten. En toen begon ik ook met spotten, het fotograferen van de vliegtuigen.’ En dat spotten bracht hem de hele wereld over. ‘Tot in Nieuw-Zeeland aan toe. Maar het allermooist blijft de MD-11. Met die motor in de staart. Ik heb zelfs de allerlaatste commerciële vlucht van dat toestel meegemaakt, van Montreal terug naar Amsterdam.’
De blauwe trots
Rien noemt KLM niet alleen een luchtvaartmaatschappij. Het is voor hem een symbool. ‘De kleur blauw hoort in de lucht. En als je dan ergens in Houston of Tokyo bent, en er landt zo’n blauwe vogel... dan krijg ik kippenvel.’ Zijn eerste vlucht met KLM maakte hij naar Las Palmas. ‘Ik moest er een stelling voor een DC-10 staartmotor bouwen. Toen was ik verkocht.’ Het blauwe toestel, de sfeer aan boord, het thuiskomen in de lucht, het was alsof iets in hem klikte.
En dat klikte door in zijn hele leven. ‘Ik heb nu bijna 140 luchthavens bezocht. Als ik dan aan boord stap van een KLM-toestel, voel ik mij meteen thuis.’
De verzameling
Zijn verzameling begon met een paar vliegtuigstoelen en trolleys. ‘De eerste Jumbo - een wit model uit 1971 – was het begin.’ Daarna ging het snel. Marktplaats, rommelmarkten, vliegtuigbeurzen. En veel spullen kreeg hij ook cadeau. ‘Mensen weten: Rien is van de vliegtuigen. Dan krijg ik ineens weer een petje of modelvliegtuig in mijn handen gedrukt.’
En favorieten? ‘Natuurlijk. De MD-11. Maar ook de DC-10. Dat is gewoon het mooiste toestel ooit gebouwd, punt’, Maakt Rien duidelijk.
Hij laat shirts zien die hij speciaal liet maken. Sommige zijn gebaseerd op toestellen die al lang niet meer vliegen. ‘Als ik dan aan boord stap, herkennen ze me. Laatst nog, op weg naar San Diego. De crew kwam aanlopen en zei: 'Daar is-ie!'’